Sinds 1 januari 2016 gold de AMvB grondgebonden groei melkveehouderij. De regels uit deze AMvB zijn per 1 januari 2018 opgenomen in de Wet grondgebonden groei melkveehouderij. Nieuw ten opzichte van de AMvB zijn een knelgevallen- en een vrijstellingsregeling.
Knelgevallenregeling
Bedrijven kunnen er belang bij hebben dat het melkveefosfaatoverschot in 2014 zo hoog mogelijk wordt vastgesteld en in latere jaren zo laag mogelijk, waardoor een groter deel van het fosfaatoverschot verwerkt mag worden en een kleiner deel hoeft te
worden ingevuld met extra grond. In de wet is een knelgevallenregeling opgenomen voor bedrijven die in 2014 door buitengewone omstandigheden een lager melkveefosfaatoverschot hadden. Van buitengewone omstandigheden is uitsluitend sprake indien:
Een beroep op deze buitengewone omstandigheden moet vóór 15 februari 2018 worden ingediend bij RVO.nl.
Vrijstellingsregeling
Tevens geldt vanaf 2018 een vrijstellingsregeling. Wanneer een bedrijf tijdelijk minder grond in gebruik heeft door de realisatie van een natuurgebied of de aanleg of onderhoud van publieke infrastructuur, valt het melkveefosfaatoverschot hoger uit. Dit bemoeilijkt
de uitvoering van deze werkzaamheden. Op verzoek mogen deze bedrijven daarom de fosfaatruimte op de betreffende grond toch meetellen voor de berekening van het melkveefosfaatoverschot. Het verzoek moet voor het betreffende kalenderjaar voor 16 mei worden ingediend,
gelijk met de Gecombineerde opgave.